Veel verschillende oefeningen
Ik kan happen nemen: van 100, van 10 en van 1.
Ik kan onder elkaar optellen.
Ik kan onder elkaar aftrekken.
Cijferen als op de Citotoets: de instaptoets
Ik begrijp hoeveel 0,5 duizend of 3,6 miljoen is.
Ik kan kommagetallen optellen en aftrekken in een context (verhaaltjessom).
.
Ik kan uitrekenen hoeveel snoepjes ieder gemiddeld krijgt.
Ik kan schattend rekenen. Rond handig en correct af!
Ik kan vertellen wat gemiddeld betekent.
Ik kan uitrekenen hoeveel snoepjes ieder gemiddeld krijgt.
Ik kan schattend rekenen.
Rond handig en correct af!
.
Cijferen als op de Citotoets: Controletoets.
In deze video's geeft Mark de Rekenmeester uitleg over staartdelingen.